Maikel Kieftenbeld (28) was in Nederland geen al te opvallende voetballer. Maar bij Birmingham City, op het slopende tweede niveau van Engeland, is hij al drie jaar een zeer gewaardeerde speler. Het positieve gevoel is wederzijds. ‘De rillingen lopen nog elke keer over mijn lijf.’
Een mistige woensdagochtend in Birmingham. Het is elf uur, maar in een eetcafé zit Maikel Kieftenbeld nog maar net aan zijn ontbijt: als een verhongerd wolvenjong werkt hij een stapel pannenkoeken naar binnen. Met elke hap klaart zijn vermoeide gezicht een beetje op. Van slapen kwam vannacht weinig terecht. Na een wedstrijd doet hij meestal verwoede pogingen de veren uit zijn matras te woelen, maar de 1-1 bij Brentford maakte hem nog rustelozer dan normaal. Op Griffin Park in Londen keek Kieftenbeld na een uur spelen ineens tegen een rode kaart aan. De middenvelder van Birmingham City geloofde zijn ogen niet. Volgens scheidsrechter Tim Robinson zou hij de Fransman Neal Maupay naar de grond hebben gewerkt. ‘Echt ongelooflijk’, zegt Kieftenbeld, zijn vork furieus in een nieuwe pannenkoek priemend. ‘Het stond 1-1, de bal ging uit. Die gast wilde ’m pakken om in te gooien. Ik deed bij de zijlijn mijn hand een beetje omhoog, maar raakte niks of niemand. Lag hij daar ineens te rollen. Belachelijk. Maar die scheids trapte er nog in ook.’
‘Jongens die acht keer doorrollen na een overtreding, worden hier keihard aangepakt. Ook door hun medespelers’