In deze serie worden in de maand van het Engelse voetbal elftallen uit de Premier League doorgelicht. Nederlandse oud-spelers schetsen het team en het tijdsbeeld waarin het zich bewoog.
Vorige week begonnen we deze mini-serie met Sander Westerveld, die in 1999 Vitesse verruilde voor Liverpool. Zijn voorganger in Arnhem, Raimond van der Gouw (foto), stak drie jaar eerder al de Noordzee over om voor een topclub te gaan spelen. Een transfer die nog verrassender was, want de doelman was al 33 en verhuisde naar Manchester United, destijds dé grootmacht in Engeland. ‘Dat was een droom die uitkwam’, zegt Van der Gouw. De overstap van de Tukker was op zich al onverwacht, maar kwam ook tot stand op een bijzondere manier. ‘United zocht een stand-in voor Peter Schmeichel, na het vertrek van Tony Coton, die later trouwens mijn keeperstrainer zou worden bij de club. Op een dag belde spelersmakelaar Ton van Dalen (die tien jaar later overleed, red.) mij op: “Wil je nog steeds in Engeland keepen?” Dat was altijd mijn wens, maar mijn contract bij Vitesse liep nog drie jaar door. Ik vroeg hem om welke club het ging. Dat wilde hij nog niet zeggen. Daarop zei ik dat ik eerst met mijn eigen zaakwaarnemer moest overleggen. “Als je dat doet, gaat het niet door”, zei Ton. Ik voelde me ongemakkelijk ten opzichte van mijn zaakwaarnemer – zijn naam doet er niet toe – maar ik besloot in elk geval te gaan kijken. Pas op Schiphol hoorde ik dat we naar Manchester gingen, dus dan kun je kiezen uit twee clubs.