Ronald Koeman staat onder grote druk bij Everton, maar heeft eerder voor problemen gestaan en wist zich er vaak uit te redden. Hoe doet hij dat? Crisismanagement volgens The Boss. ‘Als het even niet lukt, moet je nooit weg lopen voor je eigen verantwoordelijkheden.'
Nog geen vijf minuten nadat Bas Nijhuis de wedstrijd tussen Everton en Olympique Lyon had afgefloten, rolden de eerste statistieken alweer Goodison Park binnen. Sky Sports had snel uitgezocht dat de start van The Blues in de Europa League, een punt uit drie wedstrijden, de slechtste óóit is van een Engelse club in dat toernooi. Tel daarbij op de zestiende plek in de Premier League, het stroperige voetbal en tegenvallende aankopen voor wie Everton bij elkaar zo’n 160 miljoen euro heeft neergeteld en de conclusie is duidelijk: Ronald Koeman is under pressure. ‘Je ziet het, je voelt en je proeft het’, zegt de manager zelf. ‘Ik loop lang genoeg mee om te beseffen hoe het werkt. In zo’n situatie bestaat maar een medicijn en dat is winnen.’
Je zou Koeman wel een ervaringsdeskundige kunnen noemen als het gaat om crises. In zijn rijke carrière als speler en later trainer maakte hij er genoeg mee. Om bij zijn laatste ambt te blijven, Koeman vierde successen, maar vertrok voortijdig bij Ajax, Valencia en AZ. In Amsterdam was hij zelf wel klaar, na drieënhalf jaar met twee landstitels, een KNVB beker en de Johan Cruijff Schaal. In dienst van Valencia streed hij een kansloze strijd, hij moest verjongen, maar werd onvoldoende gesteund. Koeman kreeg zijn congé, maar niet voordat hij de Copa del Rey won. Later, als trainer van AZ, waar hij na het strenge regime van Louis van Gaal voor een wat meer ontspannen werkklimaat moest zorgen, kreeg hij zijn hardste tik te verwerken toen de club hem op Sinterklaasavond ontsloeg. Maar ook nu weer ging Koeman niet weg zonder prijs, hij had de Johan Cruijff Schaal al in the pocket. ‘Ik heb het allemaal eerder meegemaakt’, zegt Koeman, ‘en het helpt natuurlijk wel als je weet hoe je ergens mee moet omgaan.’
Een trainer onder druk heeft volgens Koeman vier handvaten waaraan hij zich kan vasthouden: