Voor Feyenoord is het seizoen 2017/18 hoe dan ook bijzonder. De Rotterdammers hebben als kampioen en Champions League-deelnemer een nieuwe status. Ondertussen worden de supporters met arendsogen gevolgd door de UEFA. Clubwatcher Iwan van Duren volgt Feyenoord tijdens de drukke weken op de voet en onderhoudt op VI PRO een feuilleton.
Feyenoord – Manchester City dus. Een ploeg van nog een twintig miljoen euro tegen een equipe van 500 miljoen euro. Het kan een onsje meer of minder zijn, maar de gemiddelde speler van de gasten vertegenwoordigt dus al dubbel zoveel marktwaarde als de gehele ploeg van Zuid. Feyenoord heeft eigenlijk niets te verliezen vanavond. De rentree in het commerciële gedrocht van de Champions League is al een kroon op zich voor de stadionclub, die een lange tocht door de voetbalwoestijn liep om weer hier te komen. Van de 10-0 in Eindhoven is op het veld alleen Karim El Ahmadi nog over. Hij mag vanavond als aanvoerder de tunnel uit komen.
Wie kent de beelden niet. Het luik dat omhoog gaat, het Hand in Hand dat van de tribunes rolt. Feyenoord is veel meer dan een club. Feyenoord is ook De Kuip en misschien wel vooral De Kuip. De nieuwe directeur Jan de Jong vertelde vorige week nog hoe hij als kleine ventje als een blok was gevallen voor het stadion. Pas later kregen namen als Richard Budding en Willem van Hanegem een plaats in zijn bewustzijn. De voorbeschouwingen met 5-3-2 en 4-3-3 en de kansen van beide clubs, schoten de afgelopen dagen eigenlijk een beetje langs me heen.