Barcelona vier records rijker na show in Bernabéu
De 6-2 zege in Estádio Santiago Bernabéu heeft Barcelona een bijzondere mijlpaal opgeleverd. De Catalanen schroefden hun doelpuntenproductie in dit seizoen op naar 146, een verbetering van het clubrecord uit het seizoen 1996/97.
In die jaargang kwam Barcelona onder leiding van de Engelsman Sir Bobby Robson tot 143 treffers in de Primera División (102), de strijd om de Copa del Rey (21), de Spaanse Super Cup (6) en het Europa Cup II-toernooi (14). De formatie van Robson had er zestig duels voor nodig.
Het Barcelona van trainer Josep Guardiola speelde tegen Real pas zijn 55ste officiële wedstrijd van het seizoen. Het doelpuntengemiddelde in alle officiële wedstrijden ligt op 2,65 goals per duel. Er was nog meer cijfermatig klaroengeschal voor Barcelona. Voor het eerst in hun historie maakten de Catalanen zes doelpunten in het stadion van aartsvijand Real Madrid. Het vorige record stamde van 17 februari 1974, toen Barça met Johan Cruijff in de gelederen met 5-0 zegevierde in Madrid, nog altijd de grootste Catalaanse zege ooit op bezoek bij de Koninklijke.
Barcelona staat na 34 competitiewedstrijden op 85 punten. Dat is één punt meer dan het clubrecord onder trainer Frank Rijkaard in het seizoen 2004/05. Belangrijker nog: het betekent tevens betekent een evaring van het Spaans record dat sinds vorig seizoen in handen is van Real Madrid (85 punten in 38 wedstrijden).
De zege op Real was de 27ste overwinning van Barcelona in deze competitie. Daarmee evenaart de ploeg het Spaanse record van Real Madrid, dat tijdens het vorige seizoen finishte op 27 zeges in 38 wedstrijden. Barça heeft nog vier wedstrijden de kans dat aantal uit te breiden.
De 6-2 gaat verder de geschiedenisboeken als de op één na meest doelpuntrijke ontmoeting ooit tussen Real en Barça in Estádio Bernabéu. Alleen de editie van het seizoen 1934/35 eindigde met nóg meer treffers op het scoreformulier. Real won dat duel met liefst 8-2.
Met de nederlaag tegen een onstopbaar Barcelona kwam er voor Real Madrid een einde aan een reeks van achttien competitiewedstrijden zonder nederlaag (zeventien zeges, één gelijkspel). Dat was de op twee na langste reeks zonder verlies in het Europese voetbal van dit moment.