Tijdens zijn laatste week als manager van Everton sprak Ronald Koeman (54) al uitgebreid over sportieve problemen, het leven en werken in de top, en zijn toekomst die bij Oranje ligt. ‘Ik heb er nooit een geheim van gemaakt dat ik het een mooie job vind. Ik denk dat ik het goed zou kunnen en eigenlijk ook wel dat het nodig is.’
There’s something in the air, zingt wijlen David Bowie door de speakers op John Lennon Airport in Liverpool. En inderdaad, er hangt iets in de lucht, merken we als we ons een uurtje later melden op Finch Farm, het trainingscomplex van Everton. ‘Je bent net op tijd’, lacht keeperstrainer Patrick Lodewijks vals. Een kamer verderop zit Erwin Koeman achter een analyse van Olympique Lyon. Ook weer een gemene grijns. ‘Vind je het mooi hier? Wij ook en daarom genieten we er nog maar even van.’ Als het leven tegenzit, is er altijd nog cynische humor om je aan vast te houden. ‘Typisch Nederlands gedrag dit, hè’, zegt Ronald Koeman, dan nog manager van Everton en beland in een diepe sportieve crisis. ‘Die gasten reageren soms ook zo tegen die Engelsen hier en die snappen er serieus niks van. Hoe kun je nou grappen maken over je eigen penibele situatie?’