Hij zette zichzelf in 2017 nog meer op de kaart als misschien wel de meest onconventionele trainer in de Eredivisie. Met Ajax kwam voor Erik ten Hag de beloning.
Erik ten Hag zat die derde april 2016 in De Arena om Ajax-PEC Zwolle te analyseren, maar vertrok anderhalf uur later met de kriebels in zijn buik. Ajax, die op het eerste gezicht zakelijke club, openbaarde zich als een warme vereniging die op een indrukwekkende manier de net overleden Johan Cruijff had herdacht. Bij aankomst waren buiten het stadion de banieren hem al opgevallen, binnen, op het grote videoscherm, zag hij de Maestro nog een keer schitteren, kappend, draaiend, demarrerend, wijzend, scorend. Van de tribunes rolde een immens spandoek, de minuut stilte vlak voor de wedstrijd was indrukwekkend. Toen Erik ten Hag anderhalf uur later het stadion verliet had hij Ajax en PEC goed in kaart, maar voelde hij diep van binnen iets dat hij nooit had gedacht: dat Ajax was eigenlijk wel een warme club, top in optima forma. De dynamiek die hij die middag had gevoeld in het stadion was ongekend geweest. Bij zo’n club zou hij wel willen werken.