In naam van Oranje: van de vergeten doelman tot Krul
Erik Oudshoorn volgt het Nederlands elftal sinds 1981 op de voet. Hij was tussen het EK van 1988 en het WK 2010 present op alle eindtoernooien. Om de week schrijft hij in aanloop naar het WK in Brazilië een column over Oranje op de website van Voetbal International.
Het leek natuurlijk een raar verhaal. Bondscoach Louis van Gaal kan voor het WK in Brazilië in principe beschikken over keepers uit de Eredivisie en de Premier League. En wie vindt hij de meest geschikte sluitpost voor Oranje? De reservedoelman van Ajax, Kenneth Vermeer. Hij past het beste in de 'profielschets'.
Vermeer vertoont zijn kunsten echter voornamelijk in de troosteloze ambiance van de Jupiler League. Wat hij dan voor heeft op bijvoorbeeld de eerste doelman van Ajax, Jasper Cillessen, Tim Krul (Newcastle United), en Michel Vorm (Swansea City) moet Van Gaal nog maar eens nader uitleggen. Zijn uitspraak zal een vreemde indruk hebben gewekt bij Cillessen die zijn dagelijkse concurrent plotseling op een voetstuk zag geplaatst.
Nu is het in de historie van Oranje wel vaker gebeurd dat een bondscoach er een aparte voorkeur op nahield als het ging om de doelman. Zo werd Jan van Beveren op 8 september 1976 voor een interland in Reykjavik tegen IJsland plotseling gepasseerd ten faveure van Jan Ruiter, een verre oom van de huidige FC Utrecht-doelman Robbin Ruiter. Bondscoach Jan Zwartkruis had informatie gekregen over gevaarlijke draaiwinden op het eiland en gaf de voorkeur aan de grote robuuste sluitpost van Anderlecht, bijgenaamd De Lange, voor de hoge ballen.
In zijn bescheidenheid accepteerde de immer fatsoenlijke Van Beveren de ingreep van Zwartkruis. Na het dramatisch verlopen EK in Joegoslavië had hij eindelijk een vaste plek onder de lat van Oranje veroverd. Zwartkruis probeerde zich weinig aan te trekken van de hiërarchie die onder zijn voorgangers George Knobel en Rinus Michels was ontstaan, maar werd toch ook onder druk gezet door Johan Cruijff.
De PSV'ers Van Beveren en Willy van der Kuylen botsten onder Knobel met het machtige Ajax-kamp en stelden zich na hun vertrek uit Zeist op 13 oktober 1975 niet meer beschikbaar. Zwartkruis wist Van Beveren over te halen terug te keren. De keuze voor Ruiter wekte vervolgens verbijstering . Het was in een tijd dat er nog geen sportzenders op tv waren die alle competities uitzonden. De verrichtingen van Jan Mulder, Rob Rensenbrink, Arie Haan of Jan Ruiter (foto) volgde je voornamelijk in de krant.
Vijf jaar geleden zocht ik de voormalige Volendam-doelman op in West-Friesland. Het werd een bijzonder boeiende middag bij de vergeten topkeeper. Hij zou na die interland op IJsland, die Oranje met moeite won dankzij een treffer van Ruud Geels, nooit meer het doel van het Nederlands elftal verdedigen. Hoewel Ruiter toch zes jaar vrijwel onafgebroken bij Anderlecht onder de lat stond en met de toenmalige Belgische topploeg twee landstitels en de Europa Cup II veroverde, had hij veel respect voor de atletische Van Beveren.
In een gloedvol betoog aan de eetkamertafel, in een gewone eengezinswoning, verkondigde Ruiter dat de bondscoaches van het Nederlands elftal in de jaren zeventig steeds voor de verkeerde doelmannen hebben gekozen. Ruiter meende dat Van Beveren ook in 1974 op het wereldkampioenschap in West-Duitsland de eerste keus had moeten zijn. Het werd Jan Jongbloed omdat Michels en Cruijff een meevoetballende doelman zochten voor het Totaalvoetbal. Maar Van Beveren zou zich ook niet hebben neergelegd bij de verdeling van de premies, vooral omdat Ajacieden dankzij Cruijffs zaakwaarnemer Cor Coster beter werden bedeeld.
'Ik heb nooit begrepen hoe iemand met zo weinig kwaliteiten bij het Nederlands elftal kon zitten', zei Ruiter over Jongbloed die twee WK-finales heeft gekeept. 'Hij had zijn beste periode in de jaren zestig, maar was daarna uitgevoetbald. Hij kon nog geen vierhonderd meter hardlopen. Ik kan me er nog kwaad overmaken, word er zelfs een beetje agressief van. Ik heb altijd gezegd: als Van Beveren of ik in '74 of '78 had gekeept, waren we zeker één keer wereldkampioen geworden.'
Voor de beroemde interland tegen Engeland op Wembley (0-2, twee keer Jan Peters) was Ruiter geblesseerd aan zijn knie. Hij hoopte op een spuit van verzorger Pierre van den Akker, maar werd door Zwartkruis naar huis gestuurd. Hij heeft nooit meer wat van de vorig jaar overleden ex-luchtmachtofficier gehoord.
De geboren Enkhuizenaar hield financieel niets over aan zijn keepersloopbaan die hem verder bij RWDM, Beerschot en FC Antwerp bracht. In 1990 was zijn geld op en moest hij in loondienst zijn oude ambacht van timmerman weer oppakken. Zijn voormalige ploeggenoot Rob Rensenbrink, met wie hij in hotels de kamer deelde, renteniert al vanaf zijn loopbaan in een villa aan het water in Oostzaan.
Ruiter zag ondertussen 'zwarte sneeuw', zoals hij zegt, want niemand in zijn omgeving kon geloven dat hij niet rijk was geworden van zijn keepersloopbaan. Rensenbrink kreeg bij DWS al op jonge leeftijd onder voorzitter Henk Solleveld zakelijk inzicht en verdiende bij Anderlecht tien keer zoveel als de doelman.
Terug naar het heden. Over Robbin Ruiter zegt Jan Ruiter niets meer 'want opbouwende kritiek wordt niet in dank afgenomen.' Hij constateert dat Van Gaal net zo redeneert als Michels in '74: hij kiest voor het systeem en dan is Vermeer het meest geschikt. 'Een keeper die buiten zijn doelgebied het beste meedoet, met wat bluf een balletje durft te pakken.' Maar de echte nummer één in de optiek van Ruiter is momenteel Tim Krul. Hij staat elke week zwaar onder druk en heeft onder moeilijke omstandigheden bij Newcastle United een basisplaats afgedwongen. Ervaring heb je nodig op een WK. Waarvan akte.
Reageren? Mailen kan naar oudshoorn@vi.nl
Om mee te kunnen praten, moet je ingelogd zijn met je VI-account.
Login